In 1930 onderzocht de Bataafse Petroleum Maatschappij (BPM) of er olie en gas aanwezig is in de Drentse bodem. Bij Coevorden werd in 1942 in het Steenwijkermeer een eerste put geboord met een houten boortoren. Er werd tot 1209 meter diep geboord, maar er wordt niets gevonden. Een jaar later werd het onderzoek hervat op last van de Duitse bezetter. Dit keer werd er wel olie gevonden. Het bleek uiteindelijk het grootste olieveld van Nederland en zelfs van een groot deel van Europa.
Maar de olie in Schoonebeek was anders dan andere olie. Waar het goedje normaal helder en geel is, was deze olie dik en taai. Er moesten speciale pompen komen die het uit de grond konden halen: de jaknikkers, ofwel de pompen die op en neer bewegen.
In 1947 werd de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) opgericht. Zij werden verantwoordelijk voor de verkoop van de olie en zorgden ervoor dat er jaknikkers en andere apparatuur werd geplaatst in Schoonebeek. Het dorp groeit en bloeit op dankzij de economische welvaart die de olie met zich meebrengt, en dat was hard nodig na de oorlog.
Op 9 november 1976 ontplofte er een boorinstallatie. Een harde knal klonk door het dorp en twee dagen lang spoot er olie, zand en water omhoog. Alle huizen en wegen zaten onder een plaklaag van olie en zand. Een grote, grondige schoonmaak volgde.
Er werd nog tot 1996 olie uit de grond gepompt met de jaknikkers in Schoonebeek. Toen werd de olieprijs zo laag dat het niet meer de moeite waard was. Veel apparatuur werd opgeruimd, maar een aantal jaknikkers bleven staan ter herinnering.
De Jaknikkers van Schoonebeek
Panddijk
7761 AA
Nieuw-Schoonebeek
Contactgegevens
| Openingstijden | |
|---|---|
| 24 uur open | |