Sellingen, Sellingerbeetse, Jipsingboertange

De Beetser Koelen, Gronings voor de Beetser Kuilen, zijn nu een prachtig recreatiegebied met helder water, stranden en bos. Maar het is een landschap met een verrassend jonge én oude geschiedenis tegelijk.

Tot in de jaren dertig was dit een ruig heidegebied met kleine vennetjes, schapen en een zandweg met een paar huisjes. In 1938 begon men hier met zandwinning. Het ging om rivierzand dat ongeveer 800.000 jaar geleden is afgezet door voorlopers van de Rijn. Dat maakt het het oudste zichtbare bodemmateriaal in Westerwolde.

Door decennia zandwinning zijn de kleine kuilen (koelen) langzaam uitgegraven tot drie grote plassen, die in de volksmond de Beetser Koelen worden genoemd. Samen zijn ze goed voor een oppervlakte van zo'n 61 hectare, het grootste meer van Westerwolde en omstreken! Een deel van de plas wordt gebruikt als zonnepark. Al die drijvende zonnepanelen zijn een ingenieus gezicht, maar wist je dat dit ook het grootste drijvende zonnepark van Europa is?

Er is meer geschiedenis te vertellen. In 1935 werd er een werkkamp opgericht net buiten Sellingen: Kamp de Beetse. Hier werden werklozen aan het werk gezet om de veenbodem te ontginnen en wegen aan te leggen. In de Tweede Wereldoorlog werd het ingezet als Joods werkkamp, voordat zij naar Westerbork en Auschwitz werden afgevoerd. Ook was het een kamp voor dwangarbeiders en opvangplek voor gevluchte NSB-vrouwen en -kinderen. In de museumbarak ontdek je deze indrukwekkende geschiedenis.